Generaal Bradley had al enige tijd gezocht naar een nieuwe benadering van het probleem betreft de strijd in het heggengebied. Doorgaan met frontale aanvallen langs wel bepaalde opmarsroutes was kennelijk af te raden, al was het alleen maar omdat het veel te veel manschappen kostte, afgezien nog van het feit dat het tempo van de opmars verontrustend traag was. Bradley vroeg zich af of hij voldoende strijdkrachten op een smal front zou kunnen verzamelen om een enorme aanval te lanceren en door de Duitse verdediging te breken. Misschien zou dat met een krachtige luchtsteun lukken.
Het denkbeeld was aantrekkelijk. Maar om zo’n massale aanval te lanceren moest hij eerst de slag om Saint-Lô winnen aangezien deze stand een knooppunt van belangrijke wegen vormde. Na de verovering van Saint-Lô zou hij van hieruit zijn poging tot een uitbraak, Operation Cobra, kunnen lanceren. Montgomery had ook de hulp van strategische bommenwerpers ingeroepen en zo de helft van Caen ingenomen.
Generaal Omar Bradley
Afziende van de weg Coutance/Caumont, die eerst zijn doel geweest was, liet Bradley zijn keus vallen op een dichterbij gelegen weg, die van Lessay over Périers naar Saint-Lô, een oude Romeinse heirbaan, die lijnrecht over Cotentin loopt. Toen zijn troepen in de derde week van juli het terrein bereikt hadden, dat uitkeek op die weg, was hij bijna klaar om met zijn geweldige aanval te beginnen. Nu moest hij eerst de slag om Saint-Lô winnen maar dat was moeilijk te veroveren omdat het terrein rondom de stad, gekarakteriseerd door de alom aanwezige heggen, in het voordeel was van de Duitse verdedigers.
Saint-Lô, een charmant, rustig stadje, zoals een van de bewoners het noemde, was op D-Day herhaaldelijk aangevallen. Gedurende een week daarna hadden geallieerde bommenwerpers getracht er een ‘verstikkingspunt’ van te maken door Duitse troepenbewegingen naar de landingsplaatsen te belemmeren.
Toen de stad in puin lag en 800 inwoners ervan bij de voorafgaande bombardementen om het leven gekomen waren, had de stad zowel voor de Duitsers als voor de geallieerden alleen nog maar waarde door de wegen die er samen kwamen. De verdediging van Saint-Lô was opgedragen aan het Tweede Parachutistenlegerkorps en aan de Derde Parachutisten- en 352e Infanteriedivisie. Het Amerikaanse 19de Legerkorps van Generaal-majoor Corlett zou Saint-Lô met de 29ste en de 35ste Divisie rechtstreeks aanvallen. Maar voor de troepen een kans maakten de stad binnen te trekken, moest eerst Hill 192, een belangrijk punt ruim zeven kilometer ten oosten ervan, veroverd worden. Dat was de taak van het Amerikaanse 5de Legerkorps van Generaal Gerow, die tegelijk met het 19de Legerkorps zou aanvallen.
Het zicht vanop Hill 192. Vanaf dit punt konden de Duitsers duidelijk zien waar de Amerikanen aanvielen en vervolgens kon er op deze manier artillerie-steun gevraagd worden.
Hill 192 was “zo door artillerie onder vuur genomen”, zei een officier, “dat het op luchtfoto’s een door motten kapotgevreten deken leek”. De heuvel had de onvermijdelijke rijen heggen, waarvan een verdediging in de diepte was gemaakt. De Amerikaanse 2de Divisie had in drie dagen 1200 man verloren, toen zij in juni probeerde de heuvel te veroveren. Toen de divisie op 11 juli een tweede poging deed, had men meer resultaat. ‘We moeten wel hard vechten,’ rapporteerde de divisiecommandant, ‘maar er zit een beetje voortgang in: honderd meter hier en honderd meter daar.’ Tegen de middag waren de Amerikanen op de top van de heuvel en ze begonnen onmiddellijk hun eigen verdediging in te richten tegen een eventuele Duitse tegenaanval.
De commandant van het Tweede Parachutistenlegerkorps rapporteerde tijdens de slag om Saint-Lô dat zijn hele front ‘in vlammen was opengebarsten’. Amerikaans artillerievuur had, zei hij, en misschien overdreef hij wel een beetje, twee derde van de vastgestelde sterkte van zijn parachutistendivisie vernietigd en van één regiment van een infanteriedivisie waren van de 1000 man maar 180 overgebleven. Of hij versterkingen kon krijgen? Nee, dat ging niet. Bradleys aanvallen elders langs het front gaven het Zevende Leger handenvol werk.
Ondanks hun geslonken aantal en ondanks het feit dat ze tijdens de slag om Saint-Lô slechts over een beperkte hoeveelheid munitie konden beschikken, hadden de Duitse parachutisten en infanteristen de Amerikaanse 29ste Divisie in twee dagen een verlies van 1000 man toegebracht en aan de Amerikaanse 35ste Divisie bijna even grote verliezen.
Corlett hoopte Saint-Lô vanuit het oosten te kunnen binnentrekken en hij stuurde de Amerikaanse 29ste Divisie langs de helling van een heuvelrug naar omlaag, die nu gedekt werd door de Amerikaanse 2de Divisie op Hill 192. Maar de troepen raakten al spoedig verward in een warnet van door heggen omzoomde lanen en verloren hun gevoel voor richting en coördinatie. De gebruikelijke symptomen van een offensieve strijd, zoals gebrek aan samenhang, begonnen zich voor te doen. Corlett die in het oosten geen succes had gehad, richtte nu zijn aandacht op de Amerikaanse 35ste Divisie, die verrassend goed opgeschoten was langs de oever van de Vire; de divisie had in drie dagen tijd 840 man van de Driehonderd tweeënvijftigste Divisie buiten gevecht gesteld, die niet eens tijd gehad had de doden te tellen. Corlett gaf de Amerikaanse 35ste Divisie bevel Hill 122, even ten noorden van Saint-Lô, te veroveren en toen een regiment dat gedaan had, hadden de mannen een verbazend goed zicht op de stad, die nog nauwelijks anderhalve kilometer ver weg lag. Nu kon de slag om Saint-Lô echt beginnen.
De verovering van Heuvel 122 was de oorzaak waardoor de Duitse verdediging begon af te brokkelen, maar dat was voor de Amerikanen nog nauwelijks te merken. Een bataljon van de 29ste Divisie trok onopgemerkt door een holle weg tot op 1000 meter voor het front en bereikte de oostrand van Saint-Lô. Daar werd het ontdekt door de Duitsers, die het bataljon met hun artillerie- en mortiervuur isoleerden en pogingen verijdelden om het te ontzetten.
Amerikaanse soldaten rusten langs een weg op Hill 122, ten noorden van Saint-Lô. 17 juli.
Kort voor het aanbreken van de dag op 17 juli, de zevende dag van de slag om Saint-Lô, leidde majoor Thomas D. Howie zijn bataljon in een ‘silent march’ (waarbij de mannen geen enkel geluid mochten maken) naar de ingesloten troepen. Howies mannen kropen voorwaarts door de ochtendnevel en bereikten de geïsoleerde posities. Toen hem gevraagd werd of hij verder kon doordringen in het oostelijk deel van Saint-Lô, antwoordde Howie: ‘komt voor elkaar.’ Enkele ogenblikken later sneuvelde hij door een Duitse granaat. Aangezien de beschieting bleef aanhouden, was het onmogelijk Saint-Lô verder binnen te dringen en kon de hoofdmacht de geïsoleerde troepen niet bereiken. De holle wegen waren zo verstopt met kapotte voertuigen, dode paarden en weggeworpen uitrustingsstukken, dat alle pogingen om de geïsoleerde eenheden te bereiken mislukten.
Bij de Duitsers werd er al snel duidelijk dat ze niet meer in staat waren om Saint-Lô nog lang in handen te houden. Het verlies van Heuvel 122 in het noorden, het opdringen van Howies mannen tot bijna in het oostelijk deel de 352ste Divisie zouden afsnijden en tenslotte het feit dat zijn mannen de uitputting nabij waren, deden de commandant van het Tweede Parachutistenlegerkorps besluiten, toestemming te vragen om die middag uit Saint-Lô terug te trekken. Het hoofdkwartier van het Zevende Leger bracht zijn verzoek telefonisch over aan Rommel’s hoofdkwartier van Legergroep B.
Er werd gezinspeeld op een terugtocht naar een linie ten noorden van Saint-Lô, maar een terugtocht betekende natuurlijk terugtrekken naar de heuvels ten zuiden van de stad. Hitler had uitdrukkelijk het bevel gegeven stand te houden en dus kon noch Legergroep B, noch de bevelhebber van het Zevende Leger een terugtocht goedkeuren. Het enige hoofdkwartier dat die autoriteit had, was dat van Hitler zelf, die de oorlog leidde vanuit een bunker in Oost-Pruisen. Het mag daarom verwondering wekken dat Legergroep B vrijwel onmiddellijk aan het zevende Leger antwoordde:
“U moet de maatregelen nemen, waarvan u zelf denkt dat ze nodig zijn. Als u moet terugtrekken, ga uw gang. Maar rapporteer ons later dat de vijand uw hoofdverdedigingslinie op diverse plaatsen gepenetreerd had en dat u nauwelijks de kans gezien hebt verder naar achteren een nieuwe linie te vormen.”
Deze ongebruikelijke conversatie was een gevolg van opschudding in het hoofdkwartier van Legergroep B. Rommel was weggereden voor een bezoek aan het front, een geallieerd vliegtuig had zijn auto gemitrailleerd, zijn chauffeur had de macht over het stuur verloren en was in een sloot gereden. Rommel, die een zware hersenschudding had opgelopen, was bewusteloos naar een ziekenhuis gebracht. Die avond nam von Kluge ook nog eens het bevel van Legergroep B op zich.
Op 18 juli ’s middags trok een Amerikaanse voorhoede, nadat de infanterie en de artillerie de Duitse voorposten met een intensief vuur verzwakt hadden, de stad binnen. Aan het hoofd van de colonne werd het lichaam van majoor Thomas Howie in een met een vlag bedekte kist op de motorkap van een jeep meegevoerd, als een gebaar van respect tegenover de gevallenen en als een duidelijke herinnering aan de velen, die hun leven geofferd hadden voor een taak die nog steeds onvoltooid was.
Op de achtergrond zie je, bedekt met de Amerikaanse vlag, de doodskist van Majoor Thomas D. Howie op de ruïnes van de vernielde kerk , Saint Croix, in Saint-Lô terwijl zijn manschappen deze positie verdedigen, 19 juli, 1944.
De slag om Saint-Lô had het Amerikaanse 19de Legerkorps bijna 6000 man gekost. “We hebben de strijd gewonnen,” zei een van de overlevenden, “maar als je naar de hoge prijs kijkt, die we ervoor hebben moeten betalen, hebben we verloren.”
‘Veel te veel heggen,’ was het commentaar uit een bepaalde eenheid, toen de vraag kwam waarom het allemaal zo langzaam gegaan was. ‘We moeten langzaam voorwaarts gaan, zoals we nu doen en heg voor heg veroveren.’ Dat was overal de procedure en bij dat tempo zou de oorlog nog heel lang kunnen duren. Twaalf divisies hadden in totaal 40.000 man verloren in 17 dagen en hadden het front van het Amerikaanse 1ste Leger nog geen dertien kilometer doen opschuiven. Maar door dat lijden en die inspanningen had Bradley bereikt, wat hij voor zijn massale aanval (Operation Cobra) nodig had. Als hij een kans zag die te lanceren en goed op gang te brengen, zou er aan de bittere strijd in het heggengebied misschien een eind komen.
Heb je een taal- of schrijffout opgemerkt? Laat het ons weten, zo wordt onze berichtgeving alleen maar beter. Wij gaan hier zo snel mogelijk mee aan de slag. Je persoonlijke gegevens worden vertrouwelijk behandeld.
Fout meldenGebruik kortingscode DDAYINFO en krijg overal 30% korting op.
Deze website maakt gebruik van Cookies om het gebruiksgemak te vergroten. Door op ‘Ok’ te klikken, geef je toestemming voor het gebruik ervan.
Meer info? Lees onze privacyverklaring en cookieverklaring.